Veldhoen, Aat
Het werk van Aat Veldhoen (01-11-1934, Amsterdam) wordt gekarakteriseerd als een levenslange en oprechte belangstelling voor ‘alle aspecten van het menselijk leven’. "Ik probeer altijd stijlloos te blijven want als je een stijl krijgt verval je al gauw in maniërisme en ik denk dat je altijd moet proberen geen maniërist te worden. Je moet juist nieuwe dingen en materialen uitproberen. Je kunt tegenwoordig als kunstenaar alles kopen wat je wil en met al die spullen probeer ik zo stijlloos mogelijk te blijven." Nadat Veldhoen in 1950 zijn etspers heeft aangeschaft ontwikkelt hij zich als een portretprentkunstenaar met een scherp oog voor detail. Zijn portretprenten verhullen niet dat hij een groot psychologisch inzicht heeft in degenen die hij portretteert. Aan het eind van de jaren 50 legt hij zich toe op het verbeelden van "de mens op de grens tussen leven en dood". In die tijd werd dat als controversieel gezien. In 1964 verdiept Aat zich in de rotaprenttechniek. Zijn ideaal om kunst voor het volk te maken kan hij hierdoor verwezenlijken. Door de grote productie kunnen zijn prenten voor een paar gulden per stuk worden verkocht. Als Veldhoen na twee jaar daar noodgedwongen mee moet stoppen, betekent dit het einde van zijn etsperiode. Vanaf dat moment legt hij zich toe op de schilder- en beeldhouwkunst. Het etsen zal hij pas jaren later weer oppakken. www.aatveldhoen.nl